Strawberry Homicide

_______________ de toutes les passions la seule respectable est la gourmandise - Guy de Maupassant_______________

31 juli 2007

Yuma

Vanmorgen zijn we uit Los Angeles vertrokken, uitgezwaaid door onze grote vriendin Ecaterina. Op het moment dat ik dit schrijf, rijden we door de Laguna Mountains, van San Diego naar Yuma, ons eindpunt van vandaag. Het zijn rare mountains, kaal met hier en daar wat donkergroene, lage struikjes. Als je ze beter bekijkt blijken ze uit keien in allerlei formaten te bestaan. We hebben net een fotostop gemaakt en het is hier echt bloed- en bloedheet. Sauna-temperatuur. In de auto is het lekker, dankzij de airco, maar de ruiten zijn snoeiheet. Ik kreeg net een sms: welkom in Mexico. Laat de car rental company ’t maar niet horen! We zijn niet van plan om met de auto de grens over te gaan (volgens mij is het onmogelijk om een autoverzekering af te sluiten die schade in Mexico dekt), maar rijden er de komende dagen wel rakelings langs.
Het zit hier trouwens vol met Indianenreservaten, ik weet niet of dat toeval is. Tijdens onze vorige reis was ons ook al opgevallen dat die vaak niet bepaald in de meest gezellige en vruchtbare gebieden liggen. To put it mildly.
Ja, het wordt nu duidelijk een andere reis dan wat we tot nu toe gehad hebben…

Eigenlijk was het klimaat in Los Angeles heel relaxed. Overdag wordt het behoorlijk heet (dertig graden of meer), maar ’s avonds koelt het snel af en ’s nachts is het bijna koud.
Het is sowieso een erg relaxte stad, al neemt de luxe soms bizarre vormen aan. Zo zijn er bijvoorbeeld hondenrestaurants en –hotels, modewinkels voor dieren en pet cemeteries (hondenbegraafplaatsen). Lachen wel, al moet ik er ook enigszins van kokhalzen.


O ja, over kokhalzen gespoken (huh huh): nog een aanvullinkje op het food-item van de vorige keer. Sophia en ik zijn helemaal into the peanutbutter. We hadden thuis al ontdekt dat pindakaas en chocopasta goed combineren. Nou, dat vinden ze hier ook. Je hebt bonbons en chocoladetaartjes met pindakaasvulling, chocolate chunk/peanutbutter/cookie dough icecream en cheesecake met peanutbutter en chocola. We proberen ze allemaal uit.

Verder heb ik net bij het tankstation een zak ‘limón flavored Lay’s chips’ gekocht. Even schrikken, daarna wel lekker. En beef jerky, gedroogde strips rundvlees. Iets wat sprekend op hondenvoer lijkt, maar wat ze hier in minstens twintig soorten verkopen, gewoon voor menselijke consumptie.
En, ondanks hun paranoïde houding ten opzichte van drugs kun je hier tussen de lolly’s en de kauwgum allerlei vage, kleurige herbal energy boosters en relaxation pills vinden, die bij ons alleen in smartshops te koop zijn. Plus grote blauwe pillen waarmee je ‘m de hele nacht overeind houdt. Huh? Ja, in dat preutse Amerika, bij de kassa van de benzinepomp.

29 juli 2007

Food

Vandaag naar Santa Monica Beach geweest en liederlijk verbrand. Tja, dat wordt op de blaren zitten.
Maar waar ik het eigenlijk over wilde hebben, is het eten hier in Amerika. Op het strand verkochten ze namelijk watermeloen, mango en komkommer, schoongemaakt en gesneden in zakjes. Desgewenst met zout, chilipoeder en citroensap erover. Erg lekker! De perfecte snack voor op een bloedheet strand.
Gisterenavond hebben we, geloof het of niet, onze eerste hamburger gegeten sinds we in Amerika zijn. Op Sunset Boulevard, bij Carneys, in een oud treinstel.
Op het uithangbord stond dat ze ‘The best hotdogs in town’ hadden en ik geloof dat zomaar. De hamburgers waren ook top, met veel dikgesneden tomaat, ui, augurken en sla op een getoast broodje. En met chili in mijn geval, een pittige bonensaus.

Vanavond in Malibu perfecte vis gegeten, weer in een soort snackbar aan de Pacific Coast Highway met uitzicht op de Stille Oceaan. Zo ongeveer alles wat zwemt was er te koop, vooral krabben en kreeften gingen in hoog tempo over de toonbank. Grote hoeveelheden, met een broodje of wat patat erbij en een plukje coleslaw.

In New York hebben we juist vaak exclusief en duur gegeten. In The View, het ronddraaiende restaurant waar ik het al eerder over had.
Wat trouwens qua eten niks bijzonders was, maar wel een stil vermogen kostte.
En bij Babbo’s, waar ik ook al over geblogd had en wat wel geweldig was. Loveletters heb ik er (onder andere) gegeten, een soort ravioli-achtige deegenvelopjes, gevuld met mintblaadjes en een pittige peperige saus. Het koele van de munt en de hete peper waren een opzienbarende combinatie, spannender dan je zou denken.
Verder struikel je in New York over de sushi’s en dan vooral de California rolls, avocado met krab. En over de pizza’s, zoals inmiddels overal ter wereld, al zijn ze hier minstens drie keer zo dik als ze zouden moeten zijn.
En waar ik helemaal lyrisch van werd: de deli’s! Dean & DeLuca, dat geloof je gewoon niet. Tientallen meters gekoelde heerlijkheden, gekker dan je kunt bedenken. Helaas is het er niet van gekomen, maar ik had er graag een keer een maaltijd samengesteld. Ik heb in Europa nog nooit iets vergelijkbaars gezien. Wel traiteurs natuurlijk, gespecialiseerd in Franse, Japanse of Italiaanse happen, maar hier heb je alle keukens die je maar kunt bedenken in één winkel bij elkaar. Plus wijn, fruit, brood, echt van alles.
Geen wonder dat die Amerikanen zo belachelijk vet zijn. Alhoewel ik denk dat dat misschien toch eerder van het fantasieloze, afgeraffelde MacDonaldsvoer komt.

28 juli 2007

Tepel

If New York is the Big Apple, Los Angeles is the Big Nipple
Het hoe en waarom van deze uitspraak ontgaat me eerlijk gezegd een beetje, maar het is een feit dat er weinig overeenkomsten zijn tussen New York en Los Angeles. Net zoveel als tussen een appel en een tepel wellicht. Het zijn allebei Amerikaanse steden, inderdaad. Maar daarmee is ook alles gezegd.
We zijn inmiddels twee dagen hier en alweer een beetje gewend aan het veranderde straatbeeld. Heeft men in New York (met succes) getracht zoveel mogelijk gebouwen op een klein eilandje te proppen, in Los Angeles lijkt de ruimte niet op te kunnen. De gebouwen zijn laag, twee verdiepingen is al veel, de straten breed. In Manhattan wonen ruim 1,5 miljoen mensen op 87 vierkante kilometer, in Los Angeles zijn het er 4 miljoen op 1200 vierkante kilometer.

We logeren hier in een bed & breakfast. Bij Ecaterina, een Roemeense met een bevallig accent en een joodse man, in een bungalow in een zijstraat van Melrose Avenue. En dat is toevallig een érg leuke straat, met hippe winkels en gekke restaurantjes en bars. We slapen in het tuinhuis, met z’n allen in één kamer. Op zich prima. En we worden stevig verwend door Ecaterina. Iedere ochtend krijgen we een fantastisch ontbijt, met vers fruit, cake, eieren en bruine boterhammetjes. En dat allemaal voor de prijs van een hostel.



In zo’n uitgestrekte stad is een auto geen overbodige luxe. We verplaatsen ons inmiddels in een Dodge. Dat klinkt luxer dan het is, hij heeft meer weg van een Renauld Espace of zoiets. Maar goed, auto’s zijn niet zozeer mijn ding.
Wat wel weer erg luxe is, is het feit dat we er een TomTom bij hebben. Niet gehuurd, nee. Het was mijn verjaarskado. En ik ben er hier al enorm blij mee. Geen gestress en geruzie als we ergens naartoe gaan, maar een rustige mannenstem die ons vanzelf de goede kant op stuurt.

25 juli 2007

Ssssst

Op deze laatste avond in New York dringt ineens tot me door dat ik eigenlijk heel erg verlang naar… stilte. Dat is eigenlijk het enige wat ik de afgelopen dagen gemist heb. Niet dat ik het me constant gerealiseerd heb, maar zo af en toe wordt je toch wel heel erg direct geconfronteerd met de enorme herrie.
Vanmiddag bijvoorbeeld, toen we over 42nd Street liepen, waar druk gebouwd werd en de drilboren, zoals het goede drilboren betaamt, een oorverdovende herrie maakten. Of gisterenavond, toen we in La Mela in Little Italy zaten, waar (zoals in de meeste New Yorkse restaurants) een vreemde akoestiek ervoor zorgde dat alle gepraat versterkt werd tot geschreeuw. Of misschien praten die Amerikanen gewoon ook wel heel hard.
Er is echt dag en nacht lawaai overal. Van de constant gillende sirenes bijvoorbeeld, van de airco in onze kamer, of als je die uitzet en de ramen opendoet, van de airco’s van alle buren op de binnenplaats, toch al gauw een stuk of twintig. Van de auto’s en bussen die constant langsscheuren, van de subway die door de grond rommelt en raast, van de muziek die overal keihard aanstaat. Het is echt geen seconde stil. Ik denk dat het lawaainiveau zelfs nooit onder de – pak ‘m beet – 80 decibel komt, ook ’s nachts niet. Dat geeft allemaal niet en er is genoeg om het te compenseren, maar het lijkt me zo langzamerhand heerlijk om even helemaal niks te horen.

24 juli 2007

Regen

Het regent hier. Wat zeg ik? Het giet! De hele dag al, vanaf vanmorgen vroeg. En daar hadden we niet op gerekend. Voor vertrek heb ik naar de kapstok staan kijken en me afgevraagd of we allemaal een regenjas mee moesten nemen. Maar omdat de gemiddelde temperatuur deze reis ruim boven de dertig graden ligt, dacht ik dat we er meer last dan plezier van zouden hebben. Geen regenjassen dus, zelfs geen paraplu.
Daar zaten we dan.

Eerst hebben we een paar uur rustig aan gedaan. Ontbeten, met een van de receptie geleende paraplu koffie gehaald, onze mail gecheckt en het blog bijgewerkt. Maar rond elf uur werden we toch een beetje onrustig. Het is stom om in New York te zitten en niks te doen. De regen was echter zo heftig dat we binnen een halve minuut doorweekt zouden zijn.

We wilden vandaag naar wat musea. In ieder geval het Guggenheim, daar waren we allemaal nog nooit geweest. Naar de receptie dus, om te vragen of ze een taxi konden bellen. Nee, helaas, dat ging niet. Taxi’s kan je hier niet bellen, die moet je op straat aanhouden. Een limousine konden ze wel bellen.
Haha, eh… Met een limo naar het museum? Ja, waarom eigenlijk niet?
Dus hebben we een stretched limo besteld, die zo’n drie kwartier later voor de deur stond. Een zwarte. De halve straat stond er vol mee, haha. Ik stapte als eerste in en moest dus op m’n knieën zo’n buspad door om bij de bank aan het eind te komen. Gelukkig was ik niet in een kort sexy jurkje! Nah ja, we gaan niet klagen.
Het grootste deel van de rit hebben we elkaar zitten fotograferen, want ja, dit soort dingen zijn natuurlijk voor de show.


Voor het museum werden we door de chauffeur met een paraplu uit de auto geholpen en konden we zo de (gelukkig overdekte) rij in. Toen was het meteen weer afgelopen met de glamour.
De rest van de middag zijn we in het Guggenheim gebleven. En dat was helemaal niet erg, want het is een fantastisch museum. Een prachtig gebouw, en ook de opstelling van de collectie is zo dat je steeds verrast en geïnteresseerd blijft. Ook de kinderen, die per definitie niks met moderne kunst hebben. We hebben echt het hele museum bekeken, en dat lukt lang niet altijd!

23 juli 2007

Kermis

Een van de dingen die hoog op mijn New York-lijst stonden was Coney Island. Niet dat ik er ooit enthousiaste verhalen over gehoord had, integendeel eigenlijk. Maar voor mijn idee kon het niet missen: ik ben gek op kermissen en attractieparken, en een zekere graad van verloedering voegt daar alleen maar aan toe. En inderdaad, toen ik uit de subway stapte en de boel overzag, wist ik dat het helemaal goed zat.
Rechts Nathan’s, een prachtig hotdog parlour (volgens een aftellend billboard 'Home of the International Hot Dog Eating Contest’, die nog geen drie weken geleden plaats had en waar we nu weer 346 dagen op moeten wachten), recht voor ons de boardwalk en de zee, links de contouren van The Wonder Wheel en The Cyclone.
Eén en al 'bad taste', harde muziek en vretende horden. Thuis gruwel ik ervan, hier vind ik het geweldig. Volgens mij juist doordat de verf bladdert en de helft van de lichtreclames kapot is. En omdat de New Yorkers zelf enorm genieten. Het zijn echt allemaal grote kinderen, die lekker uit hun dak gaan.


Wat ik me niet gerealiseerd had, maar wat me als Scheveningse wel aansprak was het feit dat de New Yorkers een prachtig strand binnen handbereik hebben. Vanuit Manhattan zit je binnen drie kwartier gewoon aan het water.

Maar goed, we hebben een erg leuke middag gehad op Coney Island. Alleen die Cyclone, die dit jaar z'n tachtigste verjaardag viert, viel niet mee. Het is een indrukwekkende rollercoaster met spectaculaire afdalingen, maar hij rammelt aan alle kanten. Dat hoor je en dat voel je. Je wordt echt compleet door elkaar geschud en Hugo kwam eruit met een paar gekneusde ribben.

22 juli 2007

Harry

Harry Potter is hot, dat zal bij jullie niet anders zijn. Hier dus ook. Op Times Square werd op een billboard afgeteld tot aan het uur van verschijnen van het laatste deel. Op Broadway stond deze ‘collectebus’ en veel boekwinkels zouden ’s nachts om twaalf uur open zijn.
Wij zijn er niet voor opgebleven, maar hebben gisterenmiddag een exemplaar aangeschaft bij Barnes & Noble op Union Square. Een fantastische boekwinkel, met vestigingen door heel Amerika en in dit geval uitgestrekt over vier verdiepingen. Met o.a. een rek vol boeken óver de Harry Potterboeken.


Leuk om door te bladeren, net zo goed als het grappig is om te zien dat er hier anti-Harry-Potterdemonstranten op straat pamfletten uitdelen (waar overigens geen touw aan vast te knopen is), naast mensen die op het gras, onder een boom, alvast in het boek begonnen zijn.

Maar wat ik het gaafste vond aan Barnes & Noble was dat er tientallen mensen gewoon midden in de winkel op de grond neergeploft waren, vaak met hun schoenen uit en iets te snoepen in een zak naast zich, om alvast te beginnen in hun boek of tijdschrift.

Icoon

Vanmorgen zijn we the Statue of Liberty gaan bekijken. Uren en uren hebben we in rijen gestaan. Voor de security, voor de boot, voor de ingang van het Vrijheidsbeeld, weer voor de security, dit keer met een spannend apparaat wat pufte en blies, en ondertussen snoof of je geen gas- of poedervormige explosieven in je haar of kleren had. Tja.
Ondertussen hebben we zelf ook nog een aanzienlijke bijdrage aan de veiligheid geleverd, haha. Toen Hugo en ik aan de voet van The Statue gingen zitten, bleek er een degelijke, ouderwetse damestas tegen een terrasstoel te staan. Eerst haalden we onze schouders erover op, totdat Hugo voor de grap opperde dat er een bom in zou kunnen zitten. Toen bedacht ik ineens dat dit de klassieke situatie is die in het hedendaagse Amerika uitentreuren op posters beschreven staat: wij stonden hier oog in oog met een verdacht object.
Bij het naar binnen gaan meldden we de aanwezigheid van de tas langs onze neus weg. Men reageerde bloedserieus, bedankte ons en ging onmiddellijk aan het sluipen en bellen. Wij zagen, al wachtend in rij nummer zoveel, nog ruim een half uur lang geagiteerde security-officers langsdraven. Toen mochten wij eindelijk naar binnen, in The Statue of Liberty. Door een museumpje in de sokkel, wat over de bouw, de financiering en de commerciële exploitatie van het beeld gaat, kwam je bij de lift die tot aan het bovenste balkon onder het echte beeld ging. Wij dachten eigenlijk dat je van daar uit ook het beeld in kon, maar daar was geen sprake van. Hoger dan dat balkon mocht niet, al was er wel een klein, smal trappetje waarmee je tot in het hoofd kon komen en zagen we op foto’s in het museum dat je zelfs tot in de fakkel kunt klimmen. Dat wordt echter al jaren niet meer gedaan.

Wat wel kan is onder de rokken van Marianne kijken. Daar zie je de o.a. door Gustave Eiffel ontworpen draagconstructie. En, al hebben we bijna een halve dag in rijen gestaan, ik vond het toch leuk om zo intiem met hét Amerikaanse icoon kennis te maken.

21 juli 2007

Jarig!

We zijn inmiddels al aan onze derde dag in New York bezig. Gisteren lukte het steeds niet om op mijn blog te komen, dus hieronder een inmiddels beetje belegen update van onze aankomst. Ik ben nu net wakker en helemaal jarig, dus ga gauw beginnen aan het programma van vandaag. Later meer.

(Iedereen alvast heel erg bedankt voor alle goeie wensen, Pa bedankt voor de ontroerende fax en Nic voor de kaart met hamburger! Leuk om in een hotel ver weg echte post te krijgen, al mis ik jullie ineens wel erg allemaal!)

Donderdag kwamen we rond vier uur plaatselijke tijd aan. Op Newark werden we aan een moddervette, viezige taxichauffeur gekoppeld die in een enorme oude zwarte rammelbak rondscheurde, die ooit chic en indrukwekkend geweest was (de auto dus, dat was nog steeds wel een beetje te zien), maar inmiddels met plakband aan elkaar hing. De bellboy in ons hotel schudde zijn hoofd toen hij ons uit de auto zag komen: ‘that guy has no licence, no insurance, he is not allowed to play taxi’.

Na aankomst meteen in de buurt (Lower East Side) een pizzapunt gegeten en daarna in een taxi gesprongen naar het Empire State Building. Een goed begin, krijg je een beetje overzicht. Terwijl we daar boven rondliepen werd het donker, dus we hadden meteen two different views voor de prijs van één.

Het hotel viel niet echt mee. Een appartementje (suite) bestaande uit een slaapkamer, een gammele badkamer en een woonkamertje annex keuken waar tenminste twaalf keukenkastjes hooguit vier bordjes, kopjes, glazen en een paar pannen blijken te herbergen. Aan alle kanten gordijnen die niet open kunnen (en zelfs naar beneden donderen als we ze wel proberen open te doen), omdat ze het uitzicht op troosteloze binnenplaatsen verbergen. Slaapplaats drie en vier zijn op de uitklapbank in de kamer en blijken plankhard.
Maar uiteindelijk slapen we heerlijk en na een zelfgemaakt ontbijt met ingrediënten uit de winkel om de hoek zijn we het er over eens dat het allemaal toch best meevalt.

18 juli 2007

Vakantie!

Eindelijk vakantie! Na de laatste presentaties, musicals en andere jaarafsluitende activiteiten (die tot overmaat van gezelligheid allemaal afgesloten worden met tenminste een borrel) is het nu echt vakantie en gaan we er vandoor. Naar the US of A. Eerst New York, daarna Los Angeles en dan gaan we zwerven langs de Mexicaanse grens. Oostwaarts tot aan El Paso, dan omhoog naar Santa Fé en langs Las Vegas terug naar LA. Ik ga proberen om hier regelmatig wat te posten, zodat jullie een beetje weten waar we uithangen en wat we aan het doen zijn.
Als je ons wilt mailen, doe dat dan via schmidten@yahoo.com.
See ya!

O ja, en zaterdag ben ik jarig! Kom vooral langs: ik trakteer op een diner in The View, NYC's only revolving roof top restaurant!
Laat wel even weten of je komt.

06 juli 2007

Kim

Vanmorgen las ik dat de grote leider van de Noord-Koreanen vele talenten heeft. Zo zou hij bij zijn eerste golfpartij elf hole-in-one’s geslagen hebben. Dat zou op zijn website staan.
Dat is natuurlijk belangwekkend nieuws, wat erom vraagt onmiddellijk gecheckt te worden. Helaas levert googelen op Kim Jung Il dan wel Kim Jong Il een enorme hoop (kritische) informatie óver hem op, doch niet de site van de despoot zelve.
Pas bij de resultaten 72-80 vond ik een link naar de Official Homepage van de Democratic Peoples Republic of Korea (DPRK). Maar die is dan ook de moeite waard! Je komt al gauw twee foto’s tegen van (je raadt het al) vader en zoon Kim, met daaronder de mogelijkheid om van ieder de PDF-biografie te downloaden. Kijk uit, in het geval van Pa Kim is dat een document van maar liefst 2161 pagina’s. Ik heb beide biografieën doorzocht, maar geen wóórd over golf. Sex, drugs en football leveren wel resultaten op, maar over golf wordt gezwegen. De rest van de site is, behalve duidelijk al een aantal jaren niet meer bijgewerkt, zeer intrigerend, met zelfs een Nederlandstalige sectie waar je je als lid van de 'Korea Friendship Association' aan kunt melden.


Begrijp me goed, ik vind net als u dat het bar en boos is wat er in Noord-Korea gebeurt. En dit soort informatievoorziening is bij de beesten af, wat u zegt. Maar ik vind het ook prachtig om te zien en ik lach me er gek om. Deze manier van propaganda en die hele persoonsverheerlijking is zo naief en zo overdreven, dat het enorm op de lachspieren werkt. Op de mijne wel in ieder geval.